Skip to Main Content
Universiteitsbibliotheek – LibGuides

0 Hulpgids voor LibGuide bouwers: Boxen om te hergebruiken

Hierin vind je allerlei informatie en tips over het maken van een LibGuide.

Artikelen gepubliceerd als hoofdstuk in een boek

Artikelen verschenen als hoofdstuk in boeken ('edited volumes', 'bundels', 'readers') zijn vrij lastig te vinden. Opties:

  • Met Google Books doorzoek je vaak de full tekst van >20 miljoen boeken en kun je er achter komen dat een artikel/hoofdstuk in een bepaald boek staat.
  • In de catalogus van de Universiteitsbibliotheek doorzoek je bij e-books vaak ook de inhoudsopgave van die boeken, waarin titels van hoofdstukken en opgenomen artikelen staan.
  • In Worldcat kun je na een zoekactie filteren op artikelen en daarbinnen op hoofdstukken; tot nu toe is wel maar een heel klein deel van de boeken op hoofdstukniveau ontsloten.
  • Scopus is begonnen met indexeren van Engelstalige wetenschappelijke met voor elk hoofdstuk een apart record; kies als document type hiervoor book chapter. In Scopus zijn nu (September 2014) zo'n 400,000 boekhoofdstukken beschreven.

Beheer

Voor definitief publiceren hieronder svp minimaal twee namen invullen.

Deze gids wordt minimaal vier maal per jaar - eind augustus, half november, eind januari, half april - indien nodig bijgewerkt door:

  • NAAM INFORMATE- OF VAKSPECIALIST
  • ...

Bijgewerkt/gecontroleerd:

  • 2012 eind augustus: met OK aangeven dat dit gebeurd is
  • 2012 half november:
  • 2013 eind januari:
  • 2013 half april:
  • 2013 eind agustus:
  • 2013 half november:

Deze gids speelt een rol in facultair curriculair onderwijs van:

  • FACULTEIT: CURSUSNUMMER, ACADEMISCH JAAR, WEEKNUMMER
  • ...

svp de LibGuide niet ingrijpend editen in weken waarin de gids in hierboven genoemd onderwijs gebruikt wordt.

Beoordelen van zoekresultaat

Bronnen die je hebt gevonden zul je voor gebruik moeten evalueren op relevantie en wetenschappelijkheid om de betrouwbaarheid van je eigen werk te vergroten. De verschillende methoden en hulpmiddelen daarvoor vind je in de LibGuide Evaluatie van bronnen

Beschrijving van een publicatie in de literatuurlijst

De beschrijving van een publicatie in een literatuurlijst  volgens de APA-richtlijnen heeft 4 onderdelen:

Wie Wanneer Wat / Waarover Waar
Auteur Jaar Titel Vindplaats

(Bron: https://libguides.newcastle.edu.au/content.php?pid=51927&sid=2727530)

Bladmuziek

Bladmuziek bevat de grafische weergave van muziekwerken met behulp van muzieknoten of een andere vorm van muziekschrift. Bladmuziek is er op allerlei dragers (o.a. op papier, op microfilm of -fiche, digitaal.) In de UBU en andere openbare verzamelingen is veel bladmuziek aanwezig. Je kunt naar bladmuziek zoeken via de algemene bibliotheekcatalogi. Gebruik daarbij als zoektermen:

- de naam van de componist

- karakteristieke woorden uit de titel

- andere gegevens die de compositie identificeren (b.v.: het nummer van de compositie in de werklijst van de componist.)  

    
  Ook op internet is veel bladmuziek te vinden.
  Het betreft vaak websites die specifiek gewijd zijn aan een componist, een genre of een periode.

 

 

Meer uitleg vind je in de LibGuide pagina Bladmuziek.   

Citatiestijlen per vakgebied en opleiding

Veel vakgebieden hebben een voorkeur voor een bepaalde citatiestijl. Er zijn:

  • Citatiestijlen die worden voorgeschreven voor een geheel vakgebied, generieke stijlen dus (voorbeelden: APA, Chicago, MLA, Vancouver).

  • Citatiestijlen die speciaal gemaakt zijn voor een bepaald tijdschrift of publicaties van een bepaalde uitgever (voorbeelden: Nature, Science).

  • Citatiestijlen die speciaal voor één publicatie worden gemaakt, maatwerk dus.

Sommige citatiestijlen van een tijdschrift, bijvoorbeeld die van Nature, zijn zo invloedrijk, dat ze ook een generieke stijl zijn geworden die buiten dat tijdschrift veel wordt gebruikt.

In Utrecht worden de volgende stijlen van citeren in elk geval geaccepteerd en soms ook voorgeschreven:

Bètawetenschappen

Diergeneeskunde

  • Geen voorgeschreven citatiestijl. Raadpleeg de richtlijnen voor citatie van je opleiding of neem contact op met je docent.

Geesteswetenschappen

  • Binnen de Geesteswetenschappen wordt een groot aantal verschillende citatiestijlen gehanteerd, waaronder MLA, Chicago of APA. Raadpleeg de richtlijnen van je opleiding (zoals de Onderzoeksgids Geschiedenis) of neem contact op met je docent

Geneeskunde

Geowetenschapen

  • Aardwetenschappen: American Society of Agronomy Style handbook (bv. Journal of Agronomy)

  • Milieukunde: normen uit reader Academische Vaardigheden

  • Innovatiestudies: reader Academische Vaardigheden

  • Sociale Geografie & Planologie: APA

Recht, bestuur, economie

Sociale Wetenschappen

  • Educatie & Pedagogiek: APA

  • Maatschappijwetenschappen: APA (uitzondering Culturele Antropologie AAA - Chicago)

  • Psychologie: APA

Citeren

Citeren is het letterlijk overnemen van een tekst (of een afbeelding) uit een publicatie (een citaat).

Voorwaarden citeren
Citeren is toegestaan, mits aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:

  • De bron is op de juiste manier vermeld
  • Het citaat is letterlijk (ongewijzigd) overgenomen
  • Het begin en einde van het citaat is duidelijk aangegeven (bijv. met aanhalingstekens of het citaat laten inspringen)
  • Het citaat is relevant voor je betoog en het mag slechts een klein onderdeel uitmaken van het werk. Het mag niet alleen ter verfraaiing van je werk dienen

Waarvoor gebruik je citaten?
Een citaat gebruik je om een punt te verduidelijken, of als je de oorspronkelijke formulering van een ander wilt analyseren.

Waar moet ik op letten bij citeren?
Je mag een citaat niet gebruiken als vervanging van je eigen tekst. Je verslag mag dus nooit bestaan uit aan elkaar geplakte citaten. Dat is plagiaat, ook als je wél naar de bron verwijst!

Let er bij citeren op dat je het citaat niet uit de originele context haalt. Als het citaat bijvoorbeeld ironisch bedoeld is, moet dat duidelijk blijken als je citeert. Je moet dus altijd citeren in overeenstemming met de oorspronkelijke bedoeling van de oorspronkelijke auteur.

Hoeveel mag ik citeren?
Hoeveel je precies mag citeren is afhankelijk van het doel waarmee je citeert en van de lengte van de brontekst. Het is moeilijk om daar duidelijke regels voor te geven. Soms is één regel voldoende, een andere keer heb je een hele alinea nodig. Als vuistregel kun je aanhouden dat voor elke regel die je citeert je zelf twee regels probeert te schrijven waarin je het citaat bespreekt.

Citeren inleiding

Bij het schrijven van een scriptie of paper maak je bijna altijd gebruik van werk van anderen. Het is belangrijk correct te verwijzen naar de bronnen die je aanhaalt. Hoe en waarom je dat doet vind je in de LibGuide Citeren

Criteria wetenschappelijke kwaliteit

De selectie- en opnamecriteria van een bepaald zoeksysteem of tijdschrift kunnen enige zekerheid geven over de basiskwaliteit van de bronnen die je er in vindt.

Wat zijn de criteria die worden gehanteerd in zoeksystemen?

  1. Citaties: Hoe meer een bepaalde bron geciteerd wordt, hoe beter deze bron gerepresenteerd is in het zoeksysteem. Een citatie wordt in zo'n geval gezien als een soort stem voor de kwaliteit van de bron. In Web of Science zijn citaties van een bron bijvoorbeeld een belangrijk selectie- en opnamecriterium. 
  2. Advies van een 'content selection & advisory board': Sommige zoeksystemen nemen bronnen op basis van advies van een groep experts. Scopus is hier een voorbeeld van.
  3. Peer reviews: peer reviews kunnen een voorwaarde zijn voor zoeksystemen en tijdschriften om bronnen op te nemen. Dit is zowel bij Web of Sciense als bij Scopus bijvoorbeeld het geval. Artikelen worden dan (blind) voorgelegd aan deskundigen (dat kan wereldwijd zijn). Op die manier wordt een minimale wetenschappelijke kwaliteit gegarandeerd. Het betekent echter niet dat artikelen uit peer reviewed bronnen altijd beter zijn dan die zonder peer review.
  4. Relevantie: bibliotheekcatalogi en vakspecifieke zoeksystemen nemen bronnen op vanwege de relevantie ervan voor bijvoorbeeld onderwijs en onderzoek (binnen een bepaald vakgebied).
  5. Technische criteria: diverse zoeksystemen gebruiken technische voorwaarden om bronnen op te nemen in de index. Google Scholar herkent bijvoorbeeld geautomatiseerd teksten als wetenschappelijk op basis van verschillende elementen.

Evalueren van bronnen

Bronnen die je hebt gevonden zul je voor gebruik moeten evalueren op relevantie en wetenschappelijkheid. De verschillende methoden en hulpmiddelen daarvoor vind je in deze LibGuide.

Gebruik je zoekgeschiedenis

Veel zoekmachines houden tijdens een sessie je zoekacties bij in een zoekgeschiedenis (Search History). Dit helpt je om:

  • overzicht houden van waar je allemaal precies naar hebt gezocht, zodat je geen dubbel werk doet,
  • een eerdere zoekactie terug te vinden,
  • snel te vergelijken wat verschillende zoekacties opleveren,
  • systematisch te werken door eerst op losse termen te zoeken en daarna de resultaten van je zoekgeschiedenis te combineren met AND, OR en NOT.

Let wel op: als je je zoekgeschiedenis ook na het afsluiten van je browsersessie wilt behouden moet je een (eigen) account aanmaken in het betreffende zoeksysteem, dat is bijna altijd gratis.

Using the search history option

Many search engines save your searches during the browser session. You can use this information to:

  • Keep track of your searches, so you won't perform searches twice
  • Retrieve an earlier search, for instance when after trying alternatives you decide that the earlier search was the best after all
  • Quickly compare the results of several searches
  • Work systematically with the search history option. First search on single terms and then look at your search history. It shows numbers of hits. Use that information to select terms you want to combine in new searches.

Some search systems offer the option to combine search terms directly from the browser history. For instance by ticking previous searches and combine them with AND or OR.

If you want to keep your search history also after closing your browser session you should create an account in the search system. Google offers this option as well as most catalogues and databases provided by library.

Getting started with EndNote, Mendeley, RefWorks or Zotero

Using the boxes on the right, you can get a quick start in registering/installing and configuring your favorite reference management tool and try out some basic operations. It takes 45-75 minutes. Choose from:

  1. EndNote
  2. Mendeley
  3. RefWorks
  4. Zotero

Getting started with EndNote (verouderd)

A) Setting up:
EndNote

  1. (First time installing, on UU computers, for UU staff only): First make sure all MS Office applications are closed. Using the Windows Start menu go to All programs UU-applications and click "EndNote 18". It will install but this may take a while. NB: If you use an official UU laptop, please make sure to have it in a docking station or cable-connected to the UU internet. NB. This is not possible in computer rooms and the library. There you will have to use your own laptop or request access to EndNote via MyWorkplace through your IT department.
  2. (First time installing, on your own Windows or Mac computer, for UU-staff only): follow the procedure as outlined on the software and license codes pages on the intranet (under EndNote). When installing, make sure all MS Office applications are closed. 
  3. (First time use, on UU-computers, for UU-students only): Use MyWorkplace. Start EndNote there and continue with point 3 below.
  4. (First time use, on own laptop/PC etc, for UU-students only): Install MyWorkplace. Start EndNote there and continue with point 3 below.
  5. From the start menu start the EndNote desktop application.
  6. Create an EndNote Library by choosing File | New from the menu and give it a useful name. This can be on the computer hard disk, an external drive or a cloud drive (e.g. Dropbox or SurfDrive,) that you have also installed locally. Note that EndNote itself advises to only use your computer's hard drive though.
  7. Enter the UU-library link resolver (UBUlink) and UU-library proxy for finding full text. To do this select Edit | Preferences from the menu and choose Find full text. Enter https://utrechtuniversity.on.worldcat.org/atoztitles/link as OpenURL path and enter https://login.proxy.library.uu.nl as URL to authenticate with.
  8. If you usually collect full text PDFs in a specific folder on your hard drive or cloud drive you can let EndNote check your folder with PDFs every time you start the application and add new ones found to your EndNote library. To do this go to Edit | Preferences | PDF handling, check enable automatic importing and enter the path to your folder with PDFs.
  9. If you also want to be able to work with EndNote through a web interface (e.g. to synchronize EndNote on multiple devices) go to Web of Science (log in with Solis credentials if prompted for that), click EndNote on the top menu bar and sign up for an EndNote account (advice: use a new username and password, not your Solis-ID).
  10. Go back to the EndNote desktop application. Go to Edit | Preferences, choose Sync and provide your EndNote online account credentials to facilitate syncing between the active EndNote Library in your desktop application and your EndNote Online account. You also have to provide the path to the folder where you stored your EndNote library file (*.enl). For this put your cursor in the box under Sync this EndNote library. If you do not get the option to browse to the folder with your *.enl file, please use Windows Explorer to go to that folder, put your cursor in the address bar of Windows Explorer and copy|paste the path from Windows Explorer to the sync location box in EndNote. Note that these syncing preferences only take effect after restarting EndNote desktop.
  11. Close and restart EndNote.
  12. Open MS Word. If all is well, the EndNote X8 add-on for Word (also called cite-while-you-write, CWYW) is already installed now as an extra tab. Please note that you can connect MS Word to either EndNote desktop (default) or to your EndNote Online account. To switch between these, select Preferences | Applications from the EndNote X8 menu in Word.

B) Getting some stuff in:

  1. Go to Google Scholardive into the Settings and choose to show EndNote import links (option available under Search results | Bibliography manager). Next, perform a search and import the reference by clicking Import into  EndNote and (save plus) open the file. The reference will automatically display in your EndNote Library.
  2. Go to Scopus and perform a search. Then select one or more results by checking them in the list of results. Export the relevant citation(s) by choosing export and (save plus) open the file as RIS. It is advisable to export not only the citation but also the abstract information.
  3. Go to WorldCat, perform a search and import bibliographical data from the full record of a single item by clicking cite/export and (save plus) open the file.
  4. Search a literature database from within EndNote.To do this click the icon with the globe in the magnifying glass. When doing this online search you can toggle between showing the search results, your library or a combination of both, with the folder/globe icons top left. From the search results select the relevant reference(s) and right click to select Copy references to your library. Please note there are only a few large databases for which direct search from EndNote is currently possible (e.g. PubMed and the Library of Congress catalogue) and that search functionality is usually better in the databases themselves.
  5. Add a PDF you have saved on your computer/drive by selecting File | Import | File in EndNote. Select PDF as Import option. Metadata will automatically be extracted.
  6. Find out how you could add a reference completely manually (although you hope to avoid that of course) by using Reference | New reference from the menu.
  7. Select one or more selected items in your list of references and use the right mouse button to select the option to find full text. You will probably be prompted to login (once for every EndNote session). A screen with the library list of search engines might also once pop up - just click Continue. Note that depending on the number of references selected finding full text may take several minutes and that finding full text this way is not always successful.

C) Organising, reading, searching, annotating:

  1. Sync your library by choosing Tools | Sync or clicking the sync icon (circle with two arrows)
  2. Have a look at your library to see what you have imported/downloaded so far; your last imported reference is also in the imported references folder. Organize the table view by rearranging (drag-drop) and (de)selecting columns: highlight the column by clicking the column title and right-click to deselect it or add other fields.
  3. Note that you can organize references in folders, called Groups in EndNote. Simply create a group using the Group menu. Select one or more references in your library and right-click and choose Add reference to... to add them to the group. 
  4. Click a reference in the list of all references to show details in the right hand window or double click to open the full record. Here you can manually add/edit/correct information if needed.
  5. Select a reference that already has a full text PDF attached and click the PDF in the right hand window. For better reading make that window wider. Use the tools in that window to search for a term in the text or to highlight some text and/or annotate that. Save the PDF after that. There is also an option here (arrow pointing up/right) to open the PDF in a separate full window.
  6. To search your library simply click Show search panel on the icon bar and use the many options you get.

D) Citing:

  1. Start Word
  2. Make a fake sentence and put your cursor halfway and save your document. Position the cursor where you want to insert an in-text citation. 
  3. Using the EndNote controls in the EndNote X8 tab click insert citation, search for an author or title word and select the citation to insert. Note that the insert button has various options under the small arrow.
  4. Switch to another style, e.g. to APA or Chicago Style (choose one of the styles often used in your field (in Dutch))
  5. Click edit and manage citations to add page numbers, prefixes or suffixes to one or more in text citations.
  6. Save your work.

Support from EndNote itself: https://endnote.com/training, also see their own Clarivate EndNote LibGuide.

Getting started with Mendeley

MendeleyA) Setting up:

  1. Go to Mendeley and make a free account
  2. Download the software to install Mendeley on your computer
  3. Install the Mendeley Importer in your browser.
  4. Install the add on (plug in) for Word (the so-called Mendeley Cite-o-Matic); this is the tool that allows citing while writing your paper.
  5. Configure your watched folder.  This is a folder on your hard drive (e.g. one called "literature") that is being read each time when you start Mendeley desktop. PDFs you drop there are automatically added to your Mendeley library. You can do this in the desktop application under tools|options|watched folders.
  6. Optionally configure auto-renaming files to use a fixed naming convention for your files (e.g. author-year-title)

B) Getting some stuff in:

  1. Go to Google Scholar, perform a search and import bibliographical data with the bookmarklet ('save to Mendeley') on your favourites toolbar
  2. Go to WorldCat, perform a search and import bibliographical data with the bookmarklet on your favourites toolbar
  3. Go to Scopus, perform a search and import bibliographical data with the direct export option built into Scopus (tick relevant papers, click export and select Save to Mendeley)
  4. From a new Scopus search go to the full text of a paper and from your PDF reader download that text as PDF in the folder on your hard disk that you set as watch folder
  5. On the Mendeley web interface go to the papers tab and search the Mendeley catalog for a paper; from there save the details to Mendeley or go to the full text and save the PDF to the watched folder on your hard drive
  6. Find out how you could add a reference completely manually (although you hope to avoid that of course)

C) Organising, reading, annotating

  1. Have a look at your library to see what you have imported/downloaded so far; look at what's in the recently added and needs review folders (incomplete references are in the needs review folder)
  2. From your library, open the full text of a publication, highlight some text and make an annotation at a certain point in the text
  3. Organise: add a tag to a reference tag (in the right hand pane with publication details) and make a folder (left hand pane) and drag&drop a publication in that folder
  4. Sync your library with your online account (sync button in the main menu)

D) Citing:

  1. Start Word
  2. Make a fake sentence, put your cursor halfway and save your document
  3. Using Mendeley Cite-o-Matic on the references tab of Word cite one publication from your Mendeley database
  4. Put your cursor on the in-text citation and click edit citation in the Mendeley Cite-o-Matic menu to see how you can fine tune an in-text citation (e.g. for page numbers); N.B. you need to put your cursor in the text line of the edit citation dialog box to see the options
  5. Generate the bibliography using the option for that in Mendeley Cite-o-Matic
  6. Switch to another style (e.g. to APA or Chicago Style) and reformat the paper with that style

Support from Mendeley itself

Getting started with Zotero

ZoteroA) Setting up:

  1. Go to Zotero, click download now and download and install Zotero Standalone
  2. Go back to the Zotero download page, scroll to the bottom and install the bookmarklet in your browser; make sure to make your favourites toolbar visible in your browser; this bookmarklet supports easy importing of bibliographical data
  3. From the same download page install the plugin for Microsoft Word (this supports citing while you write your paper)
  4. Start Zotero Stand Alone, go to options|preferences and then to 'advanced', then to the files tab to select a folder on your hard drive where you store/save your PDFs
  5. Also in options|preferences on the 'search' tab, activate PDF indexing to be able to search the full text of your PDF files
  6. To activate  the library lookup functionality (=UBUlink) please enter the Utrecht University OpenURL-resolver address (with question mark included but without the quotes):https://utrechtuniversity.on.worldcat.org/atoztitles/link" under tools|preferences|advanced|openurl

B) Getting some stuff in:

  1. Go to Google Scholar, perform a search and import bibliographical data with the bookmarklet  ('save to Zotero') on your favourites toolbar; go to your Zotero desktop application and synchronize (green icon top right) to see the reference
  2. Go to Scopus, perform a search and import bibliographical data with the bookmarklet on your favourites toolbar
  3. Go to WorldCat, perform a search and import bibliographical data with the bookmarklet on your favourites toolbar
  4. From a new Scopus search go to the full text of a paper and download that text as PDF in the folder on your hard disk that you set as linked (watch) folder; then, in Zotero add a new reference with the green +icon, select link to file and select the file on your hard disk; now you can add the metadata of that file by right-clicking the reference in your library and select the option to get the metadata
  5. Find out how you could add a reference completely manually (although you hope to avoid that of course)

C) Organising, reading, annotating

  1. Have a look at your library to see what you have imported/downloaded so far; right-click My Library top left to make a folder and start sorting if you wish
  2. Select a reference in your library using the right-hand pane add a tag/label
  3. Double click an item in your library with full text to read it in your PDF reader; you can also use the annotation options of the reader.

D) Citing:

  1. Start Word
  2. Make a fake sentence and put your cursor halfway and save your document
  3. Using the Zotero functionality on the add-inns page, cite one publication from your Zotero database (you need to search for an author or title word, but you can also get a list by clicking the Z-icon in the dialog and select classic view)
  4. Put your cursor on the in-text citation and click the edit citation button to add a page number
  5. Create the bibliography with the bibliography icon
  6. Switch to another style (e.g. to APA or Chicago Style) and reformat the paper with that style; you can do this with the "set Zotero doc prefs" icon

Support from Zotero itself: https://www.zotero.org/support/

Getting started with Refworks

A) Setting up:RefWorks

  1. Go to RefWorks (link for UU-members only) and make an account
  2. (On your own computer:) once logged in to RefWorks go to the tools menu and select Write-n-Cite, then download Write-n-Cite 4. This is the add on for Word that allows you to cite items from your RefWorks library while writing your paper. N.B. On university computers Write-n-Cite has been pre-installed already.

B) Getting some stuff in:

  1. Go to Google Scholar, dive into the settings and make sure that RefWorks is selected under bibliography manager; then perform a search and import bibliographical data of a few papers by clicking import into RefWorks under each of them
  2. Go to Scopus, perform a search, tick a few relevant papers and click export; under choose information to export select citation and abstracts and then click RefWorks direct export.
  3. Go to WorldCat, perform a search, and after that filter on books (including e-books) using the menu on the left; click through to the full details of a single book, then click cite/export and select export to RefWorks.
  4. Find out how you could add a reference completely manually through the menu references|add new (although you hope to avoid that of course)

C) Organising, reading

  1. Have a look at your library to see what you have imported/downloaded so far; please note that everything you import is first imported into the last imported folder, but replaced when you import something new; however you can always see all references by selecting view|all references from the menu
  2. From the list of all references tick one and put that in a seperate folder by clicking the small yellow folder icon and making a new folder
  3. Under one or two of the references click the red UBUlink icon to check whether the library has the full text or hardcopy available for you

D) Citing:

  1. Start Word
  2. Make a fake sentence and put your cursor halfway and save your document
  3. Go to RefWorks tab you created in Word (which may be called ProQuest when you are not logged in yet), log in to your RefWorks account on that Word-tab
  4. Use insert citation|insert new to cite a publication from your RefWorks database
  5. Use bibliography options|insert bibliography
  6. Switch to another style (e.g. to APA or Chicago Style) and see how the paper is reformatted with that style
  7. Put your cursor on the in-text citation and double click to see the menu edit the citation; look at the options and use the suffix option to add a page number if necessary

Support from RefWorks itself: https://www.refworks.com/refworks2/help/RefWorks2.htm

Getting started with RefWorks-3

Go to the Manual RefWorks-3:

  • With Quick Start, you will learn in a few minutes the basic operations; i.e. Collecting  literature references in your personal database and Adding citations and a Bibliography to your text documents
  • NB: this Libguide is still under construction!
  • Details and FAQs will be added soon, concerning
    • Export of references from various databases, such as PubMed, Web of Science etc.
    • How to Install Write-N-Cite on various devices
    • How to use the tool 'Save to RefWorks'
    • How to manage and edit your references in your personal database

Het waarom van citeren

Correct citeren vergroot de leesbaarheid en controleerbaarheid van publicaties. Door je bronnen correct en volledig te vermelden maak je duidelijk welke informatie je van andere auteurs hebt overgenomen en waar de lezer de oorspronkelijke informatie kan vinden. Zo kan hij/zij controleren of je de informatie juist hebt weergegeven. Correct citeren draagt bij aan de transparantie van wetenschappelijke communicatie en het voorkomen van plagiaat. Ook maak je de lezer duidelijk hoe jouw publicatie zich verhoudt tot andere publicaties op hetzelfde terrein en wijs je op publicaties die interessant zouden kunnen zijn.

In de LibGuide Citeren vind je meer informatie.

Hoe bepaal je de relevantie van bronnen

klik voor maker van deze animatie

Stel jezelf de volgende vragen om te bepalen of een bron relevant is:

  1. Helpt de bron bij het beantwoorden van je hoofdvraag/deelvragen?
  2. Beantwoordt je bron je gehele vraag/deelvraag of slechts een aspect ervan?
  3. In welke mate stemt de hoofdvraag van je gevonden bron overeen met je eigen vragen?
  4. Hoe sterk lijkt het onderzoeksobject of de analyse-eenheid in het gevonden stuk op die in jouw paper/thesis? Het onderzoeksobject kan een periode zijn, of een persoon, een groep, een gebied, een stof, een ziekte, een proces etc..
  5. Is de context van het onderzoeksobject hetzelfde als in jouw geval?
  6. Wannneer is het stuk gepubliceerd en wanneer is het onderzoek waarover wordt geschreven uitgevoerd?

Bedenk dat je slechts zelden een bron vindt die je hoofd- en deelvragen geheel beantwoordt en die verslag doet van exact hetzelfde onderzoek of probleem als waar jij mee bezig bent.

Hoe bepaal je de wetenschappelijkheid van bronnen?

Bij het bepalen van de kwaliteit en wetenschappelijkheid van bronnen kun je uitgaan van drie soorten controle:

  1. Controle door anderen, voorafgaand aan publicatie
    • redactie: redacties van wetenschappelijke tijdschriften zijn strenger dan die van niet-wetenschappelijke tijdschriften
    • uitgever: sommige uitgevers geven alleen wetenschappelijke boeken uit
    • peerreview: de meeste wetenschappelijke tijdschriften en boekuitgevers vragen experts vooraf publicaties (blind of halfblind) te beoordelen
    • zoekmachine/online bibliografie: sommige zoekmachines nemen alleen artikelen uit hoogwaardige, peer reviewed, tijdschriften op (Scopus en Web of Science bv.)
    • financier: sommige tijdschriften vereisen dat bij onderzoek wordt aangeduid wie het gefinancierd heeft (bv. bij artikelen over tests van nieuwe medicijnen)
  2. Controle door anderen, achteraf
    • besprekingen (bij boeken): hoe zijn de recensies over het boek?
    • citaties (vooral bij artikelen:): wordt het stuk vaak geciteerd (rekening houdend met de publicatiedatum) en vooral: wat wordt erover gezegd?
  3. Controle door jezelf
    • aanduiding van auteur en datering van de tekst (vooral bij webpagina's)
    • affiliatie van de auteur: de werkkring geeft soms wat extra zekerheid over wetenschappelijk niveau, bijvoorbeeld als de auteur bij een universiteit werkt
    • gebruik van bronnen uitgegeven door wetenschappelijke uitgevers
    • aanduiding doelgroep (vooral bij websites en rapporten)
    • aanwezigheid van expliciete vraagstellingen en conclusies
    • aanwezigheid van een verantwoording van de gebruikte methode: hoe heeft men het onderzoek aangepakt, waar komen gegevens vandaan?
    • aanwezigheid voldoende en hoogwaardige literatuurverwijzingen of noten: op welke inzichten baseert men zich?
    • het niveau van het taalgebruik

Hoe zoek ik? Opbouw zoekactie

Je hebt een zo specifiek mogelijke zoekvraag bedacht en je hebt een aantal goede zoektermen om je zoektocht mee te beginnen. Je weet ook al welke zoeksystemen je gaat gebruiken. 

Nu moet je alleen nog weten hoe je die zoeksystemen moet gebruiken. Je kunt verschillende zoekmethodes- en technieken toepassen.

Kwaliteit zoeksystemen

Er zijn diverse typen zoeksystemen die verschillen in de mate van wetenschappelijke betrouwbaarheid.

  1. ​Algemene bibliografische databases: wetenschappelijk betrouwbaar
    • ​​Er zijn algemene bibliografische databases (Scopus en Web of Science) die enkel wetenschappelijk materiaal en peer reviewed artikelen bevatten in alle disciplines.
  2. Vakspecifieke bibliografische databases: wetenschappelijk​ betrouwbaar
    • ​Vakspecifieke bibiografische databases (bv. PsycInfo en PubMed) proberen wetenschappelijk materiaal in een vakgebied zo breed mogelijk doorzoekbaar te maken.
  3. Grote hybride, globale zoeksystemen: geen zekerheid over wetenschappelijk niveau​
    • Overkoepelende zoeksystemen zoals Google Scholar zijn minder betrouwbaar op het gebied van wetenschappelijke kwaliteit, omdat de selectiecriteria vrij grof en deels technisch van aard zijn. Ook zijn hier erg veel bronnen en databases in opgenomen waardoor er totaal geen zekerheid over het wetenschappelijk niveau is.
  4. Universitaire bibliotheekcatalogi: wetenschappelijk relevant
    • Materiaal in universitaire bibliotheekcatalogi is opgenomen vanwege de relevantie voor onderwijs en onderzoek van de betreffende universiteit. Daar kunnen dus ook populair wetenschappelijke en niet-wetenschappelijke bronnen tussenzitten die wel relevant zijn.

MLA citeren: Pagina van een website of online krant

Achternaamvoornaam. “Titel van de Pagina.” Titel van de Website, datum waarop de webpagina gepubliceerd werd (indien beschikbaar), URL, DOI of permalinkDatum waarop de website laatst werd bezocht door jou. 
Voorbeeld:
Blooijs, Joost de. “Tiqqun. Een weerwoord.” nY Web, 5 mei 2010, www.ny-web.be/showtime/tiqqun-een-weerwoord.html. Accessed 2 August 2010.

Wanneer je een pagina van een website of een online krant citeert, begin dan met de auteur, als deze bekend is. Als de auteur niet bekend is, begin je met de titel. Vervolgens de naam van website of online krant.

MLA citeren: Boeken

Boek met één auteur

AchternaamvoornaamTitel: Ondertitel. Uitgeverjaar van uitgave. 
Voorbeeld:
Jameson, Fredric. The Cultural Turn: Selected Writings on Postmodernism 1983-1998. Verso,1998. 

Let erop op dat je de achternaam van de auteur eerst zet. Dat is handig, want in de eigenlijke tekst van je essay verwijs je naar een bron door de achternaam en het paginanummer van een auteur op te nemen. Wanneer de lezer vervolgens naar je bibliografie gaat kan zij/hij snel de bron terugvinden via de achternaam.

Boek met meerdere auteurs

Achternaamvoornaam, and voornaam  achternaamTitel: Ondertitel. Uitgever, jaar van uitgave.
Voorbeeld:
Hardt, Michael, and Antonio Negri. Empire. Harvard University Press, 2000. 

Houd dezelfde volgorde van auteurs aan als in het boek. Merk op dat alleen de naam van de eerste auteur begint met de achternaam. Wanneer er meer dan twee auteurs zijn, vermeld dan alleen de eerste auteur, gevolgd door “et al.”. De andere auteurs hoef je dan niet meer te vermelden (“et alii” betekent "en anderen”).

MLA citeren: Artikel uit een wetenschappelijk tijdschrift

Papier:

Achternaam, voornaam“Titel van het Artikel.” Naam van het tijdschrift, jaargang, nummer, jaar van uitgavepp. begin- en eindpagina.
Voorbeeld:
Stanford Friedman, Susan. “Definitional Excursions: The Meanings of Modern/Modernity/Modernism.” Modernism / Modernity, vol8, no. 3, 2001, pp. 493-513.

Online:

Achternaamvoornaam“Titel van het Artikel.” Naam Tijdschrift, jaargang, nummerjaar van uitgave, pp. paginanummers als ze er zijnURL, DOI of permalinkDatum waarop de website laatst bezocht werd door jou.
Voorbeeld:
Shaviro, Steven. “Post-Cinematic Affect: On Grace Jones, Boarding Gate, and Southland Tales.” Film-Philosophy, vol. 14, no. 1, 2010, pp. 1-102, www.film-philosophy.com/index.php/f-p/article/viewArticle/220. Accessed 2 August 2010.

MLA citeren: Samengesteld boek (bundel artikelen)

De bundel zelf:

Achternaamvoornaam, editor. TitelOndertitelUitgever, jaar van uitgave.
Voorbeeld:
Docherty, Thomas, editor. Postmodernism: A Reader. Columbia University Press, 1993. 

Artikel uit een bundel:

Achternaamvoornaam“Titel van het Artikel.” Titel van het boek: Ondertitel van het boek, edited by voornaam achternaam van de samensteller van het boek. Uitgeverjaar van uitgavepp. begin- en eindpagina van het artikel. 
Voorbeeld:
Gorz, André. “The Conditions of Post-Marxist Man.” Postmodernism: A Reader, edited by Thomas Docherty. Columbia University Press, 1993, pp. 344-354. 

De titel van het artikel wordt dus niet cursief gemaakt, maar tussen aanhalingstekens gezet. De titel van de bundel zelf maak je wel cursief.

MLA citeren: Blogpost

Achternaam, voornaam of bijnaam van de blogger. “Titel van de post.” Naam van de Website, datum van publicatieURL, DOI of permalinkDatum waarop de website laatst werd bezocht door jou. 
Voorbeeld:
Dean, Jodi. “Complexity (not worth the effort).” I Cite, 7 July 2010, jdeanicite.typepad.com/i_cite/2010/07/complexity-not-worth-the-effort.html. Accessed 2 August 2010.

MLA-citeren: boeken

Boek met 1 auteur

Achternaam, voornaam. Titel: Ondertitel. Uitgever, jaar van uitgave.  

* JamesonFredric. The Cultural Turn: Selected Writings on Postmodernism 1983-1998. Verso, 1998. 

Let erop op dat je de achternaam van de auteur eerst zet. Dat is handig, want in de eigenlijke tekst van je essay verwijs je naar een bron door de achternaam en het paginanummer van een auteur op te nemen. Wanneer de lezer vervolgens naar je bibliografie gaat kan zij/hij snel de bron terugvinden via de achternaam.

Boek met meedere auteurs

Achternaam, voornaam, and voornaam achternaam. Titel: Ondertitel. Uitgever, jaar van uitgave.

* Hardt, Michael, and Antonio Negri. Empire. Harvard University Press, 2000. 

Houd dezelfde volgorde van auteurs aan als in het boek. Merk op dat alleen de naam van de eerste auteur begint met de achternaam. Wanneer er meer dan twee auteurs zijn, vermeld dan alleen de eerste auteur, gevolgd door “et al.”. De andere auteurs hoef je dan niet meer te vermelden (“et alii” betekent "en anderen”).

MLA citeren: Artikel uit een online wetenschappelijk tijdschrift

Achternaamvoornaam. “Titel van het Artikel.” Naam Tijdschrift, jaargang, nummerjaar van uitgave, pp. paginanummers als ze er zijnURL, DOI of permalinkDatum waarop de website laatst bezocht werd door jou.

* Shaviro, Steven. “Post-Cinematic Affect: On Grace Jones, Boarding Gate, and Southland Tales.” Film-Philosophyvol. 14, no. 1, 2010, pp. 1-102, www.film-philosophy.com/index.php/f-p/article/viewArticle/220. Accessed 2 August 2010.

MLA: voorbeelden per type publicatie

​Hieronder volgt een aantal voorbeelden voor je literatuurlijst, uitgevoerd volgens de 8e editie (2016) van de MLA stijl. 

  • Boeken
  • Samengesteld boek (bundel artikelen)
  • Artikel uit een wetenschappelijk tijdschrift
  • Artikel uit een online wetenschappelijk tijdschrift
  • Artikel uit een (gedrukte) krant of weekblad
  • Pagina van een website of online krant
  • Blogpost of post of iets dergelijks

MLA citeren: Artikel uit een (gedrukte) krant of weekblad

Achternaamvoornaam“Titel van het Artikel.” Titel van de krant of het magazinedag, maand, jaar, begin- en eindpagina.
Voorbeeld:
Pole, Steven. “Big Fish, Little Fish.” New Statesman, 5 March 2007, pp. 57-58. 

Nieuwe(re) (social) media citeren

Ook voor nieuwe(re) (social) media zijn in de meeste citatiestijlen regels afgesproken.

Bij het citeren van webpagina's, tweets e.d. is het, net als bij artikelen en boeken, van belang dat je de auteur en titel (voor zover bekend) vermeldt. Daarnaast is het bij dynamische bronnen zoals webpagina's vaak vereist om de datum van raadpleging in je bronvermelding op te nemen.

Onderstaande tabel maakt duidelijk hoe je in MLA en APA stijl social media moet citeren (klik met de rechtermuisknop op het plaatje en vervolgens: 'open image in new tab' voor een iets grotere versie).


Cite Source citatiegids

Trinity College in Hartford heeft een heel handige online citatiegids gemaakt, Cite Source. Je kunt hier zoeken in vakgebieden en citatiestijlen in combinatie met het soort bron dat je wilt citeren. De gids geeft aan wat je moet vermelden en in welke volgorde.

Als je bijvoorbeeld in MLA stijl een website wilt citeren geeft Cite Source de volgende informatie (vertaald):

Volgorde van citatie-onderdelen:
1 Titel van het online hoofdstuk of artikel: An American Ballroom Companion: Dance Instruction Manuals, ca.1490-1920
2 Naam van de website: American Memory
3 Uitgever: The Library of Congress
4 Datum van publiceren: Aug-17-2005
5 Vorm: Web
6 Datum van raadpleging: July 22, 2009

Peer review: crux van wetenschappelijke communicatie

some publishers (e.g. Copernicus) experiment with new forms of peer reviewPeer review, het systeem waarbij collega-deskundigen van de auteur van een stuk de kwaliteit van een stuk beoordelen voordat het wordt gepubliceerd, is volgens velen een van de pijlers van de wetenschap. Redacties hebben nooit voldoende kennis om ingediende artikelen of boeken te kunnen beoordelen. Experts uit een vakgebied kunnen dat wel. Zonder te weten wie de auteur is beoordelen zij of het stuk voldoet aan wetenschappelijk normen: aangeven waar gegevens vandaan komen, logica van de analyse, verwijzen naar relevante bronnen. Daarbaast geven zij aan wat het belang van het stuk is voor de wetenschap. Het gaat bij beoodeling dus meer om de de vraag of het stuk een goede wetenschappelijke methode heeft dan om de vraag of de reviewers het eens zijn met de inhoud. Het advies aan de redactie luidt dan publicabel / publicabel met bepaalde aanpassingen / niet publicabel.

Er is veel kritiek op het peer review systeem, hoewel ook velen zeggen dat het 'het beste slechte systeem' is dat we hebben. De kritiek richt zich op:

  • Traagheid: het systeem kan de snelheid van publiceren vele maanden tot meer dan een jaar vertragen
  • Belangen: soms wordt de onafhankelijkheid van reviewers betwijfeld: in kleine vakgebieden of specialismen is vaak toch makkelijk te achterhalen wie de auteur is en kan men de publicatie van anderen belemmeren of eigenbelang dienen door te eisen dat de auteur naar bepaalde 'cruciale artikelen' (van reviewer) moet verwijzen
  • Het systeem kost sommige veelgevraagde reviewers veel (onbezoldigde) tijd
  • Sterk vernieuwend, experimenteel onderzoek en bijbehorende publicaties hebben minder publicatiekans omdat het afwijkt van de norm en dus eerder door reviewers niet publicabel zal worden genoemd
  • De zeer hoge eisen die soms aan het Engels worden gesteld worden werpen een drempel op voor non-native speakers en verhinderen internationale publicatie over wellicht zeer goed onderzoek
  • Aangeven van het belang voor de wetenschap is arbitrair

Er zijn sites waar wetenschappers hun ervaringen met de peer review van tijdschriften delen; het Nederlandse initiatief SciRev is er een van.

Sommige tijdschriften, zoals PLOS One (Public Library of Science One) experimenteren met nieuwe vormen van peer review. Hierbij geven reviewers alleen aan of het stuk qua methode voldoende is. De beoordeling van het wetenschappelijk belang gebeurt bij dit tijdschrift achteraf, door de lezers. Door deze methode worden veel meer artikelen veel sneller gepubliceerd.

Reference management

Reference management is the way you systematically collect, store, organize, annotate, share and cite sources. Those sources can have any form: articles, books, images, data, multimedia and more. You can collect and store the full text/files or just the bibliographic metadata (title, author, publication year etc.) describing these.

If you use a lot of sources and especially if you often write papers etc. citing these sources it is wise to use a tool that manages recurring tasks and thus makes your workflow easier and more reliable. A big time saver of those tools is the automatic generation of bibliographies with cited literature, in the citation style of your choice (APA, MLA, Nature, Vancouver and more).  These tools are called reference managers or reference management tools. They come in many forms:

For more for more information on EndNote, Mendeley, RefWorks and Zotero visit the  LibGuide Reference management.

Search strategy: what, where, how?

Your search strategy defines what you search, where you search and how you perform your search. In the course of your search process you take many decisions that affect the quality of search results and the time needed to get those results.

The main decisions in your search strategy relate to:

  1. What: Think through in advance what information you really need: subject, type of information (analysis, news, statistics, opinion, overview etc.), level and recency. The exact terms you are going to use in your search are of crucial importance.
  2. Where: What you are looking for determines where you should go to find it: choose your databases carefully, there is not one search engine or database that has it all. The library gives access to search engines for each discipline.
  3. How: There are various methods of searching. The systematic/bibliographic method (using search terms in scholarly databases) and the snow ball method (finding new information related to what you already have) are the most important. The exact application of these methods depends on the options available in the database or search engine.

The special LibGuide search strategy has more on setting up successful search strategies.
See also the special  Libguide on Evaluating sources

Taalversies: kies telkens de beste

Belangrijke versies van Wikipedia:

De taalversies zijn géén 1-op-1 vertalingen. Bekijk steeds welke taalversie het beste artikel heeft voor jouw onderwerp. Vaak, maar lang niet altijd, is de Engelse versie het meest uitgebreid en/of betrouwbaar.

Bekijk de lijst met gegevens over alle taalversies van Wikipedia

Te veel resultaten, wat nu?

Als je te veel resultaten hebt om allemaal te gebruiken/bekijken kun je:

  • Specifieker zoeken met specifiekere termen;
  • Een extra inhoudelijk aspect aan je zoekvraag toevoegen (met AND);
  • Zoeken beperken tot bepaalde publicatiejaren;
  • De sorteervolgorde aanpassen: bekijk of je zoeksysteem op relevantie kan sorteren, of probeer ook eens te sorteren op publicatiejaar of aantal citaties;
  • Zoeken in een (onderwerpsgerelateerde) database die beter past bij je zoekvraag.

Te weinig resultaten, wat nu?

Als je te weinig resultaten krijgt, kun je:

  • Controleren of al je termen wel correct gespeld zijn;
  • Minder specialistische termen gebruiken;
  • Je zoekvraag verbreden door alternatieven voor je zoektermen toe te voegen in een OR relatie (bijvoorbeeld: segregation OR discrimination);
  • Je zoekvraag verbreden door woordvarianten mee te nemen: ofwel in een OR-relatie (bijvoorbeeld: segregation OR segregated) ofwel door je zoektermen af te breken op de woordstam (trunceren) als de zoekmachine dat ondersteunt (bijvoorbeeld: segregat*);
  • Je zoekvraag verbreden door een aspect/variabele er uit weg te laten;
  • Je zoektermen aanpassen of aanscherpen door gebruik te maken van het trefwoordensysteem c.q. de thesaurus van een specifieke zoekmachine / database;
  • Andere zoeksystemen gebruiken.

Tijdschrift als criterium

Nature wijst >90% artikelen afJe kunt de wetenschappelijkheid (maar niet per se ook de kwaliteit) van een tijdschriftartikel deels afleiden uit het tijdschrift waarin het is gepubliceerd. Als het goed is staat in het tijdschrift of op de site van het tijdschrift welke criteria het tijdschrift hanteert. Veel wetenschappelijke tijdschriften controleren deze via een zogenaamd peer review proces. Hiervoor wordt het artikel blind voorgelegd aan door de redactie uitgezochte deskundigen (dat kan wereldwijd zijn). Het tijdschrift waar een stuk uit komt garandeert zo een soort minimale wetenschappelijke kwaliteit. Het betekent echter niet dat artikelen uit peer reviewed tijdschriften altijd beter zijn dan die uit tijdschriften zonder peer review.

Als een (modern) tijdschrift is opgenomen in het bestand Web of Science of Scopus mag je er van uitgaan het het peer reviewed is. In andere gevallen zul je dat zelf moeten controleren op de site van het tijdschrift of in de tijdschriftenlijst.

Tijdschriften stellen soms zeer hoge eisen aan artikelen en sommige wijzen meer dan 90% van de ingediende artikelen af, voor een flink deel al voorafgaand aan de peer review. Die zogenaamde rejection rate kan een tijdschrift zelfs status geven.

Eisen die tijdschriften stellen betreffen altijd originaliteit en belang voor de (voortgang van de) wetenschap. Daarnaast zijn er veel extra eisen zoals helderheid van het betoog, taal en de juiste verwijzingen. Soms wordt ook geëist dat data openbaar worden gemaakt.

Maar let op: ook zwaar wetenschappelijke tijdschriften bevatten soms niet-wetenschappelijke stukken, zoals ingezonden brieven, boekbesprekingen, nieuws, commentaren, opinie en redactionele inleidingen. Deze zijn vaak uitgezonderd van de peer review controle. Je gaat er dus ook anders mee om als je ze gebruikt.

Tips citeren

Als je gaat citeren, ervaar je direct gemak van de volgende tips:

  1. Of je nu wel of niet een formele set van citeerregels (citatiestijl) hanteert, uitgangspunt is altijd
    • Volledigheid: noteer in je bibliografie alle informatie die nodig is om de bron (in de versie/editie zoals jij deze hebt gebruikt) te vinden
    • Eenduidigheid & consistentie: noteer dezelfde soorten bronnen op consequente wijze.
  2. Houd je aan de citatiestijl aanbevolen door je opleiding of docent.
  3. Maak als je veel gaat citeren gebruik van een literatuurmanagementtool zoals RefWorks, Endnote, Zotero, Papers of Mendeley; dat bespaart tijd.

Tools for reference management

There are dozens of dedicated reference management tools. The best known and most widely used are:

  • Mendeley, a free tool primarily built around a full text workflow, with good synchronisation between the desktop application and web interface, with a built-in PDF-reader and strong social functions.
  • Zotero, a free, independent and open source tool, with very good ability to recognise and capture bibliographical data on webpages.
  • RefWorks, a complete tool, licensed by Utrecht University, supported by many search engines and databases with fast and reliable direct export options, but, being a pure web service, sometimes a bit slower and without a good full text workflow.
  • EndNote, also very complete and professional, licensed by the Utrecht University, very suitable for processing large numbers of references and with good sharing options.

Vancouver citeren: artikel uit een (online) wetenschappelijk tijdschrift

Achternaam voorletter. Titel artikel: Ondertitel. Tijdschriftafkorting. Jaar Maand Dag; jaargang (tijdschriftaflevering); pagina

 Greenhalgh T. Publishing your medical research paper: What they don't teach you at medical school. BMJ. 1999 Feb 27; 318(7183): 610.

Er is niet altijd één auteur; de uitgebreide informatie bij volume(issue) is niet altijd aanwezig; meestal zijn er ook meerdere pagina's. Daarom volgt nog een volgend voorbeeld:

 Jagosh J, Macaulay AC, Pluye P, Salsberg J, Bush PL, Henderson J, et al. Uncovering the benefits of participatory research: Implications of a realist review for health research and practice. Milbank Q. 2012 June; 90(2): 311-46.

NB1: Alleen de eeste zes auteurs worden genoemd; de rest wordt samengevat met:  'et al.'

NB2: Indien een DOI (Digital Object Identfier) aanwezig is, kun je die als laatste element ook nog toevoegen.

Vancouver citeren: samengesteld boek (bundel artikelen)

Achternaam voorletter(s). Titel artikel. In: Achternaam voorletter(s), editors. Titel bundel. Plaats van uitgave: uitgever; jaar van uitgave. paginanummers

Meltzer PS, Kallioniemi A, Trent JM. Chromosome alterations in human solid tumors. In: Vogelstein B, Kinzler KW, editors. The genetic basis of human cancer. New York: McGraw-Hill; 2012. p.93-113.

NB1: Van eerste drukken wordt geen editie vermeld.

NB2: Bij e-books: Zet na de titel van het hoofdstuk het woord [Internet]. Zet na de paginanummers aan het einde: [Geraadpleegd op: jaar-maand-dag]. Zet daarna: Beschikbaar via: ....(URL)

Vancouver citeren: website

Uitgevende instantie. Titel. [Internet]. Available from: URL. Accessed Date of access)

European Space Agency. ESA: Missions, Earth Observation: ENVISAT. [Internet]. Available from: https://envisat.esa.int/. [Accessed 3rd July 2008].

 Nederlands Huisartsen Genootschap. Samenvattingskaart Anemie, in herziening 2003. [Internet]. Available from: https://www.nhg.org/standaarden/samenvatting/anemie . [Accessed 11th September 2013].

NB. Zorg dat de links die je opneemt wel werkende links zijn! Het beste kun je een langdurig geldende of permanente hyperlink gebruiken, bijvoorbeeld de DOI (digital object identifier). Gebruik nooit hyperlinks uit zoekacties. Die gaan vaak gepaard met een (zoek)sessie code. Als de zoeksessie voorbij is werkt de hyperlink niet meer.

Vancouver citeren: boeken

Auteur, voorletter(s) [zonder puntjes]. Titel boek. Editie. Plaats van uitgave: uitgever; jaar van uitgave

Wolf K, Allen R, Saavedra AP.  Fitzpatrick's color atlas and synopsis of clinical dermatology. 7th ed. New York: McGraw-Hill; 2013.

Bij boeken kan het voorkomen dat er geen auteurs zijn, maar dat een organisatie de uitgevende instantie is. Bijvoorbeeld: American Veterinary Medical Association. Dit zet je dan op de plaats van de auteur(s).

Ook kan het voorkomen dat er helemaal geen auteur is. Bijvoorbeeld: The Oxford concise medical dictionary. In dat geval laat je de auteurs weg.

NB1: Van eerste drukken wordt geen editie vermeld.

NB2: Bij e-books: Zet na de titel het woord [Internet]. Zet na het publicatiejaar: [Geraadpleegd op: jaar-maand-dag]. Zet daarna: Beschikbaar via: ....(URL)

Veel stijlen, 2 basistypen

Citatiestijlen kunnen onderverdeeld worden in twee basistypen:

  1. Auteur/datum stijl ofwel 'teksthaken stijl'
    Een verwijzing naar een bron wordt in de tekst tussen haakjes geplaatst. Een verwijzing bestaat uit de naam van de auteur(s) en het jaar van publicatie.
    Voorbeeld: ... dit is een tekst (D.P. Bergsma et al., 2011).
    De referenties kunnen in voet- of eindnoten staan of in een (alfabetische) literatuurlijst
    Voorbeelden van dit type zijn de APA en MLA stijl.
  2. Numerieke verwijzingen stijl
    ​Opeenvolgende cijfers in de tekst verwijzen naar voet- of eindnoten, of een (genummerde) literatuurlijst waarin de bron wordt vermeld en/of een toelichting wordt gegeven.
    Voorbeeld: ... dit is een tekst [1].
    Voorbeelden van dit type zijn de Nature en de Vancouver stijl.

    Sommige citatiestijlen kennen beide varianten, zoals de Chicago/Turabian stijl.

Verken je onderwerp met naslagwerken

Voordat je je in zeer specialistische literatuur stort is het prettig wat meer over je onderwerp te lezen in naslagwerken. Er zijn naast de heel algemene multidisciplinaire naslagwerken ook duizenden onderwerpsgerichte naslagwerken die je veel steun kunnen bieden:

  • vak- en onderwerpsencyclopedieën: vaak omvangrijke boeken met tientallen tot duizenden korte stukken over allerlei aspecten van een onderwerp; vaak alfabetisch geordend;
  • handboeken: inleidende werken met tientallen vaak wat wat langere stukken die de huidige stand van kennis over allelei aspecten van een onderwerp samenvatten; veelal thematisch of op 'perspectief' geordend;
  • gidsen: doorgaans iets meer praktisch gerichte boeken die aangeven hoe je onderzoek kunt doen op een bepaald terrein.

In praktijk zijn er geen strakke grenzen tussen deze categorieën.

Deze soorten naslagwerken vind je relatief simpel met een gevanceerde zoekactie in de catalogus. Het voorbeeld hieronder maakt duidelijk hoe. In plaats van de term energy kun je willekeurig welk onderwerp invullen. Een groeiend deel van de resultaten is online raadpleegbaar.

Je kunt ook spelen met andere termen voor naslagwerken: dictionary, compendium, gazetteer, manual, textbook en eventueel woorden afbreken op de stam, bijvoorbeeld: encyclop*. Wil je niet-Engelstalig werk vinden, dan zul je natuurlijk ook met niet-Engelstalige termen moeten zoeken.

De allerbelangrijkste naslagwerken zijn vaak ook opgenomen in de lijst met zoeksystemen van de bibliotheek.

Verwijzen naar één of meer bronnen in de tekst

Vorm

  • Wordt de auteur niet met name genoemd in de tekst, dan worden naam en jaartal, gescheiden door een komma, tussen haakjes vermeld:
    Bijv: "Onderzoek naar de ideale klassegrootte (Glass & Smith, 2011) toont aan, dat....."
  • Als de naam van de geciteerde auteur zelf in de tekst vermeld wordt, is het jaartal van de publicatie tussen haakjes voldoende:
    Bijv: "Glass (2010) vergeleek 34 onderzoeken naar de invloed van ..."
  • Worden zowel het jaartal als de naam (namen) van de auteur(s) in de tekst vermeld dan is dat voldoende om de referentie in de literatuurlijst terug te vinden.
    Bijv: "In 2010 heeft Glass 34 onderzoeken vergeleken naar de invloed op ..."

 
Meer dan één publicatie van identieke auteur(s)  in één jaar

  • Om de publicaties de onderscheiden wordt het jaartal gevolgd door opeenvolgende letters uit het alfabet
    Bijv.: "Several studies (Glass, 2009, 2010, 2011a, 2011b; Smith, 2010a, 2010b) ..."

 
Meerdere auteurs van dezelfde publicatie

  • Indien er twee auteurs van de geciteerde publicatie zijn dan altijd beide auteurs vermelden, als volgt:
    Bijv:
    "Glass en Smith (2011) vergeleken de resultaten ..."
    "Onderzoek naar de ideale klassengrootte (Glass & Smith, 2011) toont, ..."
     
  • Indien er drie of meer auteurs en minder dan 7 van de geciteerde publicatie zijn, wordt de verwijzing in de tekst als volgt:
     
    • De eerste keer alle auteurs noemen,
      Bijv: "(Adamson, Grier, Johnson, Green, Smith, & Allinson, 2005)"
       
    • Bij de volgende verwijzing(en) vermeld de achternaam van eerste auteur gevolgd door et al. , bij meer dan zes auteurs vanaf de eerste verwijzing eerste auteur gevolgd door et al.
      Bijv:
      "Adamson et al. (2009) analysed 34 studies of classroom size."
      "An analysis of 34 studies of classroom size (Adamson et al., 2009) ..."

 
Verwijzingen naar meer dan één bron in de tekst

  • Indien twee of meer artikelen over hetzelfde onderwerp worden aangehaald wordt de verwijzing in de tekst als volgt:
    "Several studies (Glass, 2009; Smith, 2010) showed that ..."
    Orden de verwijzingen tussen haakjes in de volgorde zoals ze ook in de literatuurlijst voorkomen.

 
Verwijzen naar (letterlijk) citaat of hoofdstuk

  • Bij een verwijzing naar een specifiek onderdeel van een publicatie worden paginanummer(s) of nummer van het  hoofdstuk vermeld. Voor pagina’s worden de afkortingen p. ("page") of pp. ("pages") gebruikt.  De aanduiding "Hoofdstuk" of "Chapter" wordt niet afgekort.
    Bijv.: "(Glass, 2009, p. 25)"; "(Elias, 1990, pp. 302-311)"; "(Blaffer Hardy, 1999, Chapter 22)"
     

Vuistregels bij selectie van bronnen

  1. Gebruik boeken geschreven door wetenschappers (staat vaak in het boek), liefst gepubliceerd door wetenschappelijke uitgeverijen.
  2. Gebruik zoveel mogelijk tijdschriftartikelen uit peer reviewed tijdschriften (staat in het tijdschrift, zoek via de tijdschriftenlijst).

Bij gebruik van ander materiaal is het extra belangrijk zelf te controleren wat het niveau is. Dit alles uiteraard onder voorwaarde dat de bron inhoudelijk relevant is.

Waar zoek ik?

​Welke zoeksystemen passen het beste bij mijn onderwerp? Zijn er handige, betrouwbare, aanbevolen websites?

De Universiteitsbibliotheek Utrecht biedt overzicht en toegang tot diverse globale zoeksystemen. Bekijk ook per vakgebied een overzicht met zoeksystemen . Lees de korte beschrijvingen en kies het systeem dat het beste bij jouw zoekvraag past.

Waarom bronnen evalueren

Het evalueren van je bronnen op relevantie ligt voor de hand. Evalueren op wetenschappelijkheid doe je vooral om de betrouwbaarheid van je eigen stuk te verhogen. Indirect wordt die mede bepaald door de bronnen die je gebruikt. Als het wetenschappelijk niveau van bronnen waarop jij je betoog baseert buiten kijf is, zal men zich minder snel afvragen of het niveau wel in orde is.

Waarom is correct citeren van belang?

Correct citeren vergroot de leesbaarheid en controleerbaarheid/betrouwbaarheid van publicaties.

Door je bronnen correct en volledig te vermelden, maak je duidelijk welke informatie je van andere auteurs hebt overgenomen en waar de lezer de oorspronkelijke informatie kan vinden. Zo kan hij/zij controleren of je de informatie juist hebt weergegeven.

Goed citeren draagt bij aan de transparantie van wetenschappelijke communicatie en het voorkomen van plagiaat.

Ook maak je de lezer duidelijk hoe jouw publicatie zich verhoudt tot andere publicaties op hetzelfde terrein en wijs je op publicaties die interessant zouden kunnen zijn.

Waarvoor Wikipedia gebruiken in de wetenschap?

Wikipedia

  • Eerste verkenning van een onderwerp;
  • ideeën opdoen voor zoektermen om in zoekmachines te gebruiken;
  • vinden of controleren van feiten, maar zorg voor double-check;
  • literatuurverwijzingen: er wordt vaak naar cruciale publicaties verwezen;
  • Bronverwijzingen: je vindt in de voetnoten gedetailleerde bronverwijzingen.
  • Als object van studie: hoe wordt er in een invloedrijk naslagwerk over een onderwerp geschreven?
  • Als snelle vertaaltool, voor woorden, maar vooral voor concepten waarvoor reguliere (online) woordenboeken geen oplossing bieden.

Lees ook wat Wikipedia zelf schrijft over het gebruik van Wikipedia in onderzoek

Wat is Wikipedia?

Wikipedia

Wikipedia is een extreem groot (70x de omvang van een gedrukte encyclopedie) algemeen online naslagwerk, gemaakt door vrijwilligers (van tiener tot emeritus professor), beschikbaar in vele taalversies. Wikipedia is gratis, maar toch zonder reclame, en krijgt alleen geld uit donaties. Wikipedia kan door iedereen worden aangepast en de kwaliteit van de artikelen is dus niet overal gelijk. Achter de schermen is elke aanpassing zichtbaar en bediscussieerbaar. Het is ook goed te weten wat Wikipedia niet is.

Wat zijn citatiestijlen?

Citeerregels geven aan hoe gebruikte literatuur in de tekst, eventuele voet- of eindnoten en de literatuurlijst moet worden genoteerd. De regels liggen vaak vast in een zogenaamde citatiestijl.

Web of Science: multidisciplinair artikelen zoeken, met citatiegegevens

Web of ScienceWeb of Science is een zoeksysteem voor wetenschappelijke literatuur op alle vakgebieden. 

Daarnaast wordt van veel artikelen vermeld naar welke artikelen de auteur verwijst en door welke auteurs het desbetreffende artikel later geciteerd is. Zodoende vind je makkelijk verwante publicaties en kun je achterhalen hoe een belangrijk artikel van invloed is geweest.

  • Voor Sciences en Social Sciences vind je publicaties vanaf 1900, voor de Humanities vanaf 1975.
  • Ook het overzicht van citaties gaat ver terug in de tijd, verder dan in Scopus.
  • Artikelen krijg je snel in handen via de UBUlink
  • Titelbeschrijvingen kunnen opgeslagen worden in RefWorks en Endnote.

In de speciale LibGuide Web of Science staan de details van de vele zoekmogelijkheden en extra's van Web of Science.

Websites evalueren

Als je naast weteschappelijke publicaties ook informatie uit webpagina's wilt gebruiken moet je daarbij extra voorzichtig zijn en nadenken welke rol je die informatie geeft in je betoog of analyse.

Stel jezelf bij webpagina's de volgende vragen en wees erg voorzichtig als het antwoord vaak nee is.

  1. Is de naam van de auteur/maker beschikbaar (en is er meer over de auteur of uitgevende organisatie bekend)?
  2. Is er een (mail)adres van de auteur/maker?
  3. Is de webpagina vrij van (grote hoeveelheden) reclame?
  4. Is het taalgebruik zorgvuldig en foutloos?
  5. Is duidelijk hoe de informatie op de pagina tot stand is gekomen?
  6. Is er bronvermelding aanwezig (dus geen zinnen als 'uit onderzoek blijkt dat' zonder bronvermelding)?
  7. Is er onderbouwing van claims (dus geen zinnen zoals 'iedereen weet dat')
  8. Worden nuanceringen aangebracht of wijst alle informatie dezelfde kant op?
  9. Wordt aangegeven wat nog niet bekend of nog niet zeker is?
  10. Is aangegeven wanneer de pagina geschreven is of bijgewerkt?
  11. Is de pagina neutraal of in elk geval zonder een sterk commercieel of politiek doel?

Wikipedia als hulpmiddel voor het bedenken van zoektermen

Wikipedia is in de Wetenschap goed te gebruiken als hulpmiddel in de verkennende fase van onderzoek. Vooral bij het bedenken van zoektermen, concepten, verwante onderwerpen e.d. werkt Wikipedia snel en vaak goed.

Gebruik Wikipedia voor het bedenken van zoektermen door:

  • Te zoeken op je hoofdonderwerp (liefst in de Wikipedia taalversie waarin het meest over je onderwerp is geschreven)
  • het artikel door te lezen om belangrijke zoektermen te vinden;
  • door te klikken naar verwante artikelen (related) om begrippen te vinden;
  • door te klikken naar onderwerpsrubrieken en de daar genoemde artikelen te scannen op nieuwe termen.

simpel door Wikipedia browsen met Wikimindmap

Zoekmethodes

Sneeuwbalmethode: je zoekt op basis van een geschikte publicatie die je al gevonden hebt. Bijvoorbeeld andere publicaties van diezelfde auteur, of je zoekt naar andere bronnen via de literatuurlijst van een artikel (auteurs maken namelijk gebruik van andere publicaties als bron voor hun eigen werk, die bronnen worden dan vermeld in de literatuurlijst/bibliografie van de nieuwe publicatie). Met het zoeken naar referenties in een literatuurlijst ga je terug in de tijd naar oudere publicaties.

Citatiezoeken: ook hierbij zoek je op basis van een geschikte publicatie die je al gevonden hebt. Dit keer ga je kijken of deze publicatie door anderen geciteerd is. Bekijk de gevonden bronnen om te zien of ze voor jou relevant zijn. In dat geval kan je ook bij deze bronnen weer op zoek gaan naar citerende publicaties. Gebruik bij deze methode een citatiedatabase zoals Web of Science of Scopus of zoek in Google Scholar. Met deze methode ga je vooruit in de tijd naar nieuwere artikelen. Hou er wel rekening mee dat een recent gepubliceerd artikel mogelijk nog geen of weinig citaties heeft.

Catalogusmethode: Met zelfbedachte zoektermen zoeken in een zoekmachine die literatuur in een bepaalde collectie/verzameling doorzoekbaar maakt. Bijvoorbeeld in WorldCat.

Systematisch zoeken: je zoekt op basis van (gecombineerde) zoektermen in zoekmachines die literatuur op een bepaald vakgebied (of alle vakgebieden) doorzoekbaar maken (ongeacht de beschikbaarheid), met de bedoeling zo veel mogelijk literatuur over dat onderwerp te vinden. Je kunt hierbij uitbreiden (zoektermen die je tegen komt toevoegen) en beperken (zoektermen laten vervallen of limiteren op bijv. publicatiejaar). Bij systematisch zoeken kun je gebruik maken van meerdere zoektechnieken.

Search methods

Snowball method: You search on the basis of a suitable publication you have found earlier. For example other publications by the same author, or you go searching for other sources in the reading list of a relevant publication (authors make use of the work of others as a source for their own work, these sources will be mentioned in the reading list of the new publication). This way of searching for references goes back in time to older publications.

Citation searching: see if the article you found has been cited, and if so, have a look at this new article. If this article is also relevant you can see if this article has also been cited, and so on. Use a citation database, like Web of ScienceScopus or search Google Scholar. This search method goes forward in time to newer articles. Please take into account that a recent article may have no citations yet or only just a few.

Catalogue method: Searching with search terms of your own choosing in a search engine that makes literature in a certain collection/collection searchable. For example in WorldCat.

Systematic method: you search on the basis of (combined) search terms in search engines which make literature in a certain discipline (or all disciplines) searchable (regardless of availability) with the intention of finding as much literature as possible on that subject. You may expand (adding search terms you have found) or limit (cancelling search terms or filter on year of publication). You can use several search techniques in the systematic method. ​

Zoekprofiel: leg je keuzes vast

Bij belangrijke zoekacties voor een groter werkstuk of thesis is het een goed idee om als onderdeel van je zoekstrategie een zoekprofiel te maken. Met andere woorden: schrijf op in een document wat je gaat doen / gedaan hebt en welke keuzes daaraan ten grondslag liggen / lagen.

In een zoekprofiel zet je bijvoorbeeld:

  • je zoekvraag
  • de hoofdelementen/variabelen uit die vraag
  • eventuele beperkingen (tijd, plaats, publicatiejaar, taal)
  • het soort informatie dat je zoekt en de daarbij behorende publicatievormen (artikelen, social media)
  • de zoektermen en alternatieve zoektermen voor elk van je hoofdelementen en afbakeningen
  • de te kiezen / gekozen zoekmethodes (wellicht meerdere)
  • de te kiezen / gekozen zoeksystemen (op basis van inhoud, gewenste publicatievormen en zoekmethode)

Tijdens het zoeken kun je uiteraard zaken wijzigen, toevoegen of afstrepen als ze zijn gedaan of (bij zoektermen bijvoorbeeld) toch niet nuttig bleken.

Zoekstrategie: wat, waar, hoe?

Voor een effectieve zoekstrategie kun je jezelf 4 vragen stellen:

1.    Wat zoek ik?
a. Over welk onderwerp zoek je informatie?
b. In welk type document kun je die informatie vinden?
Formuleer dan een goede zoekvraag met de meest geschikte zoektermen.

2.    Waar zoek ik
Kies de geschikste databank/catalogus/website en die keuze is weer afhankelijk van het antwoord op vraag 1a en b. De bibliotheek geeft per vakgebied toegang tot zoeksystemen.

3.    Hoe zoek ik?
a. Zoek efficiënt: gebruik relevante zoektermen in de juiste combinatie en benut de functionaliteit van de databank/zoekmachine;
b. Er zijn verschillende zoekmethodes. De bibliografische/systematische methode (met zoektermen zoeken in wetenschappelijke zoekmachines) en de sneeuwbal/citatiemethode (uitgaan van iets wat je al hebt) zijn de belangrijkste. Hoe je deze methodes precies kunt inzetten, hangt af van de mogelijkheden die het zoeksysteem biedt.

In de LibGuide Zoekstrategie lees je meer over het opzetten van een zoekstrategie.

4.    Hoe selecteer/beoordeel ik?
a. Geeft de gevonden informatie antwoord op je onderzoeks(deel)vraag en
b. Is de kwaliteit van deze informatie goed?
Ga voor antwoorden op deze vragen naar de LibGuide Bronnen evalueren.

Zoektechnieken

Als je in een zoekactie meer dan één zoekterm gebruikt, zoeken de meeste zoekmachines naar documenten waar alle genoemde termen in voorkomen. Wil je zoektermen op een andere manier combineren? Dan moet je dat zelf aangeven met zogenaamde operatoren. Deze manier van zoeken wordt ook wel Booleaans zoeken genoemd (naar George Boole).

De operatoren die je meestal kunt gebruiken zijn:

  • AND: beide termen moeten voorkomen. Voorbeeld: mode AND Nederland
    visualisatie van de Boolean operator AND: twee witte gedeeltelijk overlappende cirkels, het overlappende gedeelte is geel, dat is wat je vind als je gebruik maakt van AND
  • OR: minimaal één van de termen moet voorkomen. Voorbeeld: mode OR trend OR hype
    visualisatie van  het gebruik van de Boolean operator OR: twee gele cirkels die elkaar gedeeltelijk overlappen. Het gele gedeelte (alles dus in dit geval) is wat je vindt bij het gebruik van OR
  • NOT (of soms AND NOT): de term mag niet voorkomen. Voorbeeld: mode NOT kleding
    visualisatie van de boolean operator NOT : twee gedeeltelijk overlappende cirkels, de rechter is geel, de linker is wit, maar ook het overlappende gedeelte is wit. Het gele gedeelte (=de linkercirkel exclusief het overlappende deel) is wat je vindt bij het gebruik van NOT
  • Exact phrase "...  ...": termen moeten samen en in exact deze volgorde voorkomen. Voorbeeld: "social media"
  • Trunceren * : door een asterisk achter de 'stam' van een woord te plaatsen zoek je op alle mogelijke uitgangen. Voorbeeld: govern* om in één keer te zoeken naar government, governments, governed, governance, governmental enz. (werkt niet in Google)
  • Maskeren/Wild cards: bijvoorbeeld een vraagteken (?) of hekje (#) kunnen gebruikt worden in plaats van een onbekend karakter. Voorbeeld: labo?r geeft resultaten met zowel labor als labour; of : wom#n geeft resultaten met zowel woman als women

Je kunt operators combineren, net zoals in wiskundige vergelijkingen. ‘AND’ gaat voor, behalve als je haakjes gebruikt om woorden die bij elkaar horen te groeperen:
(youth OR adolescent* OR "young adults") AND (bully* OR "peer harassment")

LET OP! Operatoren en wildcards kunnen verschillen per zoeksysteem.

Andere zoektechnieken die je kunt gebruiken:

  • Trefwoorden van auteurs of van de makers van een zoeksysteem gebruiken
  • Thesauri gebruiken: (vakspecifieke) overzichten van hoe vaktermen met elkaar samenhangen
  • Veldspecifiek zoeken: aangeven dat je termen in een bepaald deel van de publicatie moeten voorkomen (titel, samenvatting, auteursnaam)
  • Filters en 'limits' gebruiken: beperken van je resultaat door alleen publicaties met bepaalde kenmerken te selecteren (taal, publicatiejaar etc.)

Hoe zoek ik? Zoektechnieken

  • Booleaans zoeken: combineren en uitsluiten met AND, OR, NOT
  • Exact phrase: zoeken op exacte woordcombinatie met "...", bijvoorbeeld: "heart failure"
  • Trunceren: zoeken met de gemeenschappelijke stam van een groep woorden, meestal met * bijvoorbeeld: migrat* voor migrate, migration, migrating etc
  • Maskeren / wildcards: een of meer tekens waarvan je niet zeker bent vervangen door een symbool (database afhankelijk), bijvoorbeeld: wom#n, labo?r
  • Trefwoorden van auteurs of van de makers van een zoeksysteem gebruiken
  • Thesauri gebruiken: (vakspecifieke) overzichten van hoe vaktermen met elkaar samenhangen
  • Veldspecifiek zoeken: aangeven dat je termen in een bepaald deel van de publicatie moeten voorkomen (titel, samenvatting, auteursnaam)
  • Filters en 'limits' gebruiken: beperken van je resultaat door alleen publicaties met bepaalde kenmerken te selecteren (taal, publicatiejaar etc.)

Search techniques

If you use more than one search term in your search, most search engines will look for documents in which all entered terms occur. Would you like to combine search terms in another way? In that case, you need to use so-called operators. This search method is also called a Boolean search (after George Boole).

The operators most frequently used:

  • AND: both terms must occur. Example: fashion AND France
  • OR: at least one of the terms must occur. Example: fashion OR trend OR hype
  • NOT (or sometimes AND NOT): the term must not occur. Example: fashion NOT clothes
  • "... ...": exact phrase, terms must occur together and in this exact order. Example: "French revolution"
  • * . By putting an asterisk behind the 'trunk' of a word, you search by all possible endings. Example: govern* searches for government, governments, governed, governance, governmental etc
  • Masking/Wild cards: for example a question mark (?) or hashtag (#) may be used to replace an unknown character. Example: labo?r searches both labor and labour; or : wom#n will return results with both woman and women

You can combine operators, much like in mathematical equations. ‘AND’ takes priority unless you use brackets to group concepts: (youth OR adolescent* OR "young adults") AND (bully* OR "peer harassment").

Please take note: operators and wildcards may differ among search engines.

Other techniques you can use:

  • Using keywords generated by the authors or by the makers of a search engine
  • Using thesauruses: (subject related) overviews showing the relation between professional terms
  • Field specific search: indicate that your terms must occur in a particular part of the publication (title, summary, name of the author). Use the 'advanced search' option.
  • Using filters and 'limits': limit your set of results by excluding publications having certain features (for instance filter on language or publication year)

How to search? Search methods and techniques

The way you search is a combination of a search method, the accompanying search techniques and the structure of your search.

Search methods:

  • Snowball method: search based on the features (author, references, citations, keywords etc.) of an earlier found publication. Usually simply by following the links in a search engine or literature database. Citation searching is a special kind of snowball searching in which you follow citation links. You will find more recent literature.
  •  Systematic method: entering search terms you thought of yourself in search engines that make literature in a particular discipline (or any discipline) searchable, regardless of availability
  •  Catalogue method: entering search terms you thought of yourself in search engines that make literature in a particular (print or electronic) collection searchable

Search techniques:

  • Boolean search: combining and excluding with AND, OR, NOT, NEAR
  • Exact phrase: search by an exact combination of words, often by using double quotes e.g. "climate change"
  • Truncation: searching by the root that a group of words has in common, often by using an asterisk e.g. migrat* for migration, migrated, migratory etc. (not supported by Google)
  • Masking tell the search engine that one or more characters you are not sure about are not neccesary for your search
  • Using keywords generated by the authors or by the makers of a search engine
  • Using thesauruses: (subject related) overviews showing the relation between professional terms
  • Field specific search: indicate that your terms must occur in a particular part of the publication (title, summary, name of the author). Use 'advanced search' option.
  • Using filters and 'limits': limit your set of results by excluding publications having certain features (for instance filter on language or publication year)

Execution of your search:

  • Start with broad or narrow terms and either zoom in or zoom out
  • Switch to and fro between your search terms and your search results to improve them
  • Not enough results?  > Enter fewer and broader terms, use truncation, OR instead of AND, use other source
  • Too many results? > Enter more and more specific terms, exact phrase, AND instead of OR, filter (by year for instance)

In the special LibGuide search strategy you will find more information about search methods and search techniques.

Zoektermen bedenken

Het bedenken van de juiste zoektermen is een van de belangrijkste onderdelen van je zoekstrategie.

Ga bij elk onderdeel van je zoekvraag op zoek naar de bijbehorende termen. Denk hierbij aan:

  • ​synoniemen (trouwerij / bruiloft)
  • bredere termen (universiteit / hoger onderwijs)
  • smallere termen (kinderen / kleuters)
  • verwante termen (training / coaching)
  • antoniemen (termen met een tegenovergestelde betekenis, zoals ouder en kind of ziek en gezond)
  • personen en instanties die belangrijk zijn voor je onderwerp
  • termen die iets zeggen over tijd en ruimte (bijv. periodes, eeuwen, plaatsnamen, landen) 

Denk bij elk van deze termen ook aan de verschillende woordvormen:

  • bijvoorbeeld enkelvoud / meervoud 
  • werkwoordvervoegingen
  • zelfstandig / bijvoeglijk naamwoord e.d.)
  • spellingsvarianten (labor / labour)
  • gebruikte afkortingen
  • vertaling naar voor onderwerp en vakgebied relevante talen

​Corrigeer je zoektermen naar aanleiding van wat je tegen komt in je zoekresultaten. Als je dit van het begin af aan doet zie je snel welke (nieuwe) termen de juiste resultaten opleveren en welke niet. Herhaal dit zolang als nodig.

Je hoeft niet alles zelf te verzinnen. Maak gebruik van hulpmiddelen:

  • woorden uit een verkenning op bijvoorbeeld Wikipedia
  • woorden uit de zoekresultaten van zoekmachines
  • woorden uit reeds gevonden bronnen, bijvoorbeeld door de auteur meegeleverde trefwoorden (author keywords)
  • woordenboeken
  • thesauri (overzichten van geselecteerde woorden of concepten en hun onderlinge relatie binnen een bepaald interesse- of vakgebied, vaak aangeboden bij grote zoeksystemen)

Zoektermen combineren & afbreken

Als je in een zoekactie meer dan één zoekterm gebruikt, zoeken de meeste zoekmachines naar documenten waar alle genoemde termen in voorkomen. Wil je zoektermen op een andere manier combineren? Dan moet je dat zelf aangeven met zogenaamde operatoren. Deze manier van zoeken wordt ook wel Booleaans zoeken genoemd (naar George Boole). 

De operatoren die je meestal kunt gebruiken zijn:

  • AND: beide termen moeten voorkomen. Voorbeeld: mode AND Nederland.
  • OR: minimaal één van de termen moet voorkomen. Voorbeeld: mode OR trend OR hype
  • NOT: de term mag niet voorkomen. Voorbeeld: mode NOT kleding
  • "...  ...": termen moeten samen en in exact deze volgorde voorkomen. Voorbeeld: "Franse revolutie"
  • * : door een asterisk achter de 'stam' van een woord te plaatsen zoek je op alle mogelijke uitgangen. Voorbeeld: govern* om in één keer te zoeken naar government, governments, governedgovernance, governmental enz. (werkt niet in Google)
  • Wild cards: bijvoorbeeld een vraagteken (?) of hekje (#) kunnen gebruikt worden in plaats van een onbekend karakter. Voorbeeld: labo?r geeft resultaten met zowel labor als labour; of : wom#n  geeft resultaten met zowel woman als women. 

Je kunt operators combineren, net zoals in wiskundige vergelijkingen.  ‘AND’ gaat voor, behalve als je haakjes gebruikt om woorden die bij elkaar horen te groeperen:
(youth OR adolescent* OR "young adults") AND (bully* OR "peer harassment")

LET OP! Operatoren en wildcards kunnen verschillen per zoeksysteem. 

Zoektermen: de crux

De zoektermen die je gebruikt zijn cruciaal voor een goed zoekresultaat. Het is zeer aan te bevelen vooraf zo uitputtend mogelijk termen te verzinnen waarop je zou kunnen zoeken. Achteraf blijkt vaak dat slechte zoekresultaten te wijten zijn aan verkeerde, te algemene, te specialistische of te weining zoektermen.

Tips voor het bedenken van zoektermen

  1. Welke trefwoorden komen als eerste in je op wanneer je aan je onderwerp denkt? Noteer deze
  2. Gebruik Wikipedia, vakmatige encyclopedieën en reeds gevonden literatuur om de belangrijkste begrippen bij een onderwerp te achterhalen
  3. Denk "in termen van" het te vinden stuk: bedenk hoe datgene wat je zoekt, verwoord zal zijn (en in welke taal het staat) in het stuk dat je hoopt te vinden.
  4. Denk aan de verschillende soorten zoektermen: synoniemen, vertalingen, bredere en smallere termen etc..
  5. Corrigeer je zoektermen een paar keer naar aanleiding van wat je ziet in de zoekresultaten. Zo krijg je een grotere 'vangst' en minder 'bij-vangst' van niet-relevante stukken.
  6. Maak gebruik van hulpmiddelen die in veel zoeksystemen beschikbaar zijn (suggesties, indextermen, thesaurus e.d.)

Soorten zoektermen

bredere zoektermen omvatten smallere zoektermen

Uitgaande van een eerste zoekterm kun je meer termen bedenken door het onderstaande schema zo ver als mogelijk in te vullen. Met woordvarianten wordt bedoeld enkelvoud/meervoud, zelfstandig/bijvoeglijk gebruikt en werkwoordsvervoegingen, bijvoorbeeld: migration, migrations, migrate, migrating, migrated. En dan heb je ook nog afkortingen (CAD / Computer Aided Design). Er zijn geen zoekmachines die automatisch op al deze varianten zoeken. Veel professionele systemen ondersteunen wel afbreken op de door alle varianten gedeelde stam van het woord, vaak met een asterisk. In dit geval dus: migrat*.

soort term
vaktermen in
hoofdtaal v/h
vakgebied
evt.
vertalingen
vaktermen
populaire
termen
in hoofdtaal
v/h vakgebied
evt.
vertalingen
populaire
termen
synoniemen
+ woordvarianten
en spellingsvarianten
daarvan
       
bredere termen
+ woordvarianten
en spellingsvarianten
daarvan
       
smallere termen
+ woordvarianten
en spellingsvarianten
daarvan
       
verwante termen
+ woordvarianten
en spellingsvarianten
daarvan
       
antoniemen (tegengestelden)
+ woordvarianten
en spellingsvarianten
daarvan
       

Naast Engels en Nederlands zijn nog andere talen van belang: voor sommige vakgebieden (uiteraard talen, cultuur, maar ook filosofie en theologie) en voor sommige onderwerpen en gebieden (Latijns-Amerika, Franstalig Afrika). Voor sommige vakken (biologie, geneeskunde) zijn ook Latijnse termen van belang

Los van al deze termen die samenhangen met je hoofdterm kun je ook nog termen bedenken die op een of andere manier je onderwerp verder inkaderen:

  • personen of organisaties die iets met je onderwerp te maken hebben
  • termen die een precisering in de tijd, ruimte (periodes, eeuwen, plaatsnamen, landen) aanduiden
  • termen die een bepaalde wetenschappelijke benadering, stroming of methode aanduiden

Algemene hulpmiddelen voor zoektermen

synoniemen en meer op thesaurus.comJe hoeft niet alle zoektermen helemaal zelf te bedenken. Zeker in een niet-moederstaal is je actieve woordenschat meestal een stuk kleiner dan je passieve: je (her)kent de woorden wel, maar komt er niet op. Maak dus gebruik van alles wat jou suggesties doet voor goede zoektermen:

Inhoudelijke bronnen als hulpmiddel:

  • Wikipedia geeft in een artikel meestal veel termen die gerelateerd zijn aan jouw onderwerp
  • Vakmatige encyclopedieën en handboeken geven veel context en geaccepteerde wetenschappelijke termen
  • In vakwoordenboeken kun je goed controleren wat een bepaald concept precies betekent
  • Zoekmachines/online bibliografieën geven vaak suggesties en tonen soms de trefwoorden die door de auteur en redactie aan artikelen zijn gehangen
  • Reeds gevonden artikelen doornemen brengt je zeer waarschijnlijk ook weer op woorden en concepten waarop je zou kunnen zoeken. Markeer/noteer deze. Als je RefWorks gebruikt om je literatuur te beheren kun je daar vaak ook de trefwoorden/descriptors van reeds gevonden literatuur terugzien.

 

Taalthesauri: lijsten met synoniemen en verwante begrippen in een bepaalde taal, die je vaak wel passief, maar niet actief kent:

Relaties tussen worden in Visuwords

Vertaalwoordenboeken

  • Vertaalwoordenboeken en websites gebruik je uiteraard om vanuit het Nederlands de anderstalige term te vinden

meer over woordenboeken op de website van de Universiteitsbibliotheek Utrecht

Speciale hulpmiddelen voor zoektermen geowetenschappen

Voor wetenschappelijke termen:

Voor geografische namen:

veel meer Geo gazetteers en namendatabases via UNGEGN

 

NB Let bij geografische namen op dat deze door de tijd kunnen wijzigen (Indië-Indonesië, Birma-Myanmar) en dat de spelling soms heel subtiel verschilt in verschillende talen (Chili-Chile, Birma-Burma).

Aan de slag met de belangrijkste referentietools (verouderd)

RefWorks

Gebruik onze Handleiding RefWorks-3

Onder SNEL-AAN-DE-SLAG maak je in een paar minuten kennis met de vier basale stappen:

  • Account aanmaken en Invoegtoepassingen ('Citation-tools') installeren
  • Referenties van bronnen verzamelen
  • Verwijzen naar bronnen
  • Literatuurlijst aanmaken

Onder andere tabs staan gedetailleerde aanwijzingen voor het

  • Beheren van database en het gebuik van alternatieve verzamel- en verwijzingsmethoden.

EndNote

Voer eerst onderstaande stap uit

  • Installeren (Dit verschilt per type gebruiker, werkplek en apparatuur
    • UU-medewerkers:
      • Installeren op de UU-computer op je werkplek: sluit alle  Microsoft Office applicaties. Ga via ....naar het Sofwarecenter en klik je op "EndNote 18". Het installeren kan een tijdje duren. NB. Als je een laptop van de UU gebruikt, zorg er dan voor dat hij in het docking station staat of een bekabelde aansluiting heeft met het UU internet. NB2. Dit is niet mogelijk in computerzalen en in de bibliotheek. Daar zul je je eigen laptop moeten gebruiken of toegang tot Endnote moeten aanvragen via je IT-afdeling via MyWorkplace
      • Installeren op een eigen computer: volg de uitleg op het UU intranet (onder EndNote).
    • UU-studenten:

Gebruik vervolgens de Handleiding EndNote voor aanwijzingen hoe je dit programma handig kunt gebruiken.

  • Referenties van bronnen verzamelen
  • Verwijzen naar bronnen
  • Literatuurlijst aanmaken
  • Beheren van de database

Hulp van EndNote zelf is te vinden via https://endnote.com/training,  en ook via Clarivate EndNote LibGuide

 

Zotero

Voer eerst onderstaande stap uit

  • Account aanmaken en Invoegtoepassing installeren

Ga naar Zotero, klik op download now en download en installeer Zotero Standalone. Ga terug naar de Zotero download pagina, scroll helemaal naar beneden en installeer de bookmarklet in je browser. Zorg ervoor dat je favorieten zichtbaar zijn in je browser. Deze bookmarklet ondersteunt het makkelijk importeren van bibliografische gegevens.

De Microsoft Word plugin wordt (doorgaans) automatisch mee geinstalleerd. Er wordt in Word een extra tabblad zichtbaar "Zotero". Als dit niet zo is, kun je de Invoegtoepassing alsnog installeren vanuit Zotero. Sluit hiervoor MS Word helemaal af, ga in Zotero naar: Bewerken > Voorkeuren > Citeren > Tekstverwerkers, en installeer de add-on nogmaals. Als dit ook niet werkt, kijk dan bij de oplossingen van Zotero zelf (in 't Engels): https://www.zotero.org/support/word_processor_integration

Activeer de library lookup functionality (=UBUlink) door Zotero-stand-alone te starten en dan onder: Bewerken > Voorkeuren > Geavanceerd  >openurl  de volgende url in te typen: "https://utrechtuniversity.on.worldcat.org/atoztitles/link?" (mét het vraagteken maar zónder de aanhalingstekens)

Gebruik vervolgens de Handleiding Zotero voor aanwijzingen hoe je dit programma handig kunt gebruiken.

  • Referenties van bronnen verzamelen
  • Verwijzen naar bronnen
  • Literatuurlijst aanmaken
  • Beheren van de database

Hulp van Zotero zelf is te vinden via  https://www.zotero.org/support/

Mendeley

Voer eerst onderstaande stap uit

  • Account aanmaken en Invoegtoepassing installeren

Ga naar Mendeley, maak een gratis account aan en download de software om Mendeley op je computer te installeren. Installeer dan de Mendeley Importer in je browser en installeer ook de Add on (plug in) voor Word (de zogenaamde Mendeley Cite-o-Matic); dit is de tool waarmee je citaties importeert tijdens het schrijven van je stuk.

Gebruik vervolgens de Handleiding Mendeley voor aanwijzingen hoe je dit programmam handig kunt gebruiken.

  • Referenties van bronnen verzamelen
  • Verwijzen naar bronnen
  • Literatuurlijst aanmaken
  • Beheren van de database
Hulp van Mendeley zelf is te vinden via: https://support.mendeley.com/

Hoe krijg je een publicatie in handen? (VEROUDERD)

  • Een boek, e-book of tijdschrift dat je in de catalogus hebt gevonden:
    • Klik bij Beschikbaarheid op Exemplaren.
      Als het een papieren boek is, kun je onder Uitgeleend tot zien of het er op dit moment is of niet, en in welke bibliotheek het zich bevindt.
      Als het een e-book is klik je op de link Full text.
    • Je kunt een papieren boek zelf uit de kast halen als het in open opstelling staat.
      Als het op dit moment aanwezig is kun je op [Plattegrond] klikken om zien waar het boek te vinden is.
    • Staat een boek in het depot, is het uitgeleend of wil je het op een andere locatie ophalen, dan kun je het in de catalogus aanvragen.

 

  • Hoe krijg je een artikel of boek in handen dat je gevonden hebt in een zoeksysteem:

    In de meeste zoeksystemen staat per treffer alleen informatie over een publicatie, maar niet de (tekst van de) publicatie zelf.
    In veel zoeksystemen vind je per treffer een UBU-link UBU-link; deze geeft de mogelijkheden om aan het betreffende artikel of boek te komen. De beste mogelijkheid binnen de Universiteitsbibliotheek Utrecht staat bovenaan: Wanneer in het zoeksysteem geen UBU-link voorkomt, kun je helaas alleen per treffer nagaan of de publicatie binnen de Universiteitsbibliotheek beschikbaar is door te kijken
    • of het tijdschrift waar het artikel in staat, te vinden is in het overzicht digitale tijdschriften of in de catalogus
    • het boek of e-book in de catalogus voorkomt.

 

 

LexisNexis Academic (VEROUDERD)

LexisNexis AcademicLexisNexis Academic is een gigantische database met de volledige tekst van artikelen in Nederlandse en buitenlandse kranten en nieuwsmagazines van 1992 tot en met de krant van vanochtend.

Onze versie van LexisNexis bevat slechts beperkt juridische en bedrijfsinformatie.

LexisNexis Academic is veel completer in dekking van krantenberichten dan bijvoorbeeld Google News. Ook gaat het veel verder terug. Het is uitstekend geschikt om (oud) nieuws te vinden en achtergrondartikelen die in de loop der jaren zijn verschenen in de kranten. Voor Nederland zijn ook de meeste regionale kranten opgenomen.

In de LexisNexis Academic-LibGuide staat uitgebreide informatie over dit systeem.

Open Access search engines (verouderd)

Although Google Scholar and to a lesser extent Scopus (2800 OA journals) and Web of Science (725 OA journals) include Open Access articles, it might be convenient to check search engines containing mostly Open Access material (incling author provided Green Open  Access content) if you cannot find what you are looking for in another way: 

  • Base: >3100 scholarly archives & repositories, including preprints, the largest Open Access search engine
  • Paperity: a still small search engine (with >400K Gold OA papers) that is special because it aggregates the full text papers on the site it self
  • DOAJ-search: articles published in Open Access journals (search >5000 OA journals of the 9700 journals listed in DOAJ)
  • OAIster: > 1100 (academic) scientific archives including preprints
  • NARCIS:  search engine for the Dutch scientific output, >40% in Open Access
  • DOAB: discovery service for peer reviewed books published under an Open Access license
  • OATD: resource for finding open access graduate theses and dissertations, coming from over 800 colleges, universities, and research institutions

If you want to find out what journals are Open Access you can check the Directory of Open Access Journals. There you will find more than 7500. Did you know by the way that Utrecht University also publishes Open Access journals?

PiCarta (VEROUDERD)

PiCarta is een Nederlandse multidisciplinaire zoekmachine die een centrale zoekoptie biedt voor de collecties van ca. 400 Nederlandse bibliotheken: de Koninklijke Bibliotheek, de universiteitsbibliotheken en grote openbare bibliotheken en diverse instellingsbibliotheken. De inhoud is deels niet-wetenschappelijk, wat een extra kritische selectie vereist.

Picarta de eerst aangewezen zoekmachine voor het controleren van aanwezigheid van boeken, tijdschriften en ander materiaal in Nederlandse bibliotheken. Picarta is ook het beste algemene zoeksysteem voor het zoeken van Nederlandstalige tijdschriftartikelen. 

>> Zoeken in PiCarta                      Logo van PiCarta    

De belangrijkste kenmerken van PiCarta:

  • materiaal aanwezig in Nederland (en deels aan te vragen met een interbibliothecaire leen-/ kopieaanvraag (IBL))
  • veel Nederlandstalige publicaties
  • alle vakgebieden
  • wetenschappelijke en niet-wetenschappelijke publicaties 

Tips bij het zoeken (PiCarta) OUD

  • Voor een specifieke publicatie of recensies ervan: combineer titelwoorden en auteursnaam.
  • Voor een exacte zinsnede, gebruik dubbele aanhalingstekens.
  • Zoek je op onderwerp, kort een zoekwoord dan af met een sterretje (*): hiermee neem je alle varianten van het woord mee (zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, samengesteld woord).

ReCollection: een serious game over omgaan met bronnen (OUD)

ReCollection-menu   ReCollection

ReCollection is een serious game die door 9 studenten Informatica van de Universiteit Utrecht en 2 studenten van het Creative College van ROC Amersfoort is gemaakt in opdracht van de Universiteitsbibliotheek Utrecht. De ontwikkeling vond plaats in het kader van het Game en Software project uit de bachelor opleiding Informatica van de Universiteit Utrecht. De game is gemaakt in de eerste helft van 2014. Versie 1.0 van de game is beschikbaar sinds 4 juli 2014.

Het spel bestaat uit een aantal quests. Tijdens die quests wordt de speler zich langzaam maar zeker gewaar wat van belang is bij het zoeken van en omgaan met voor wetenschap relevante bronnen. Het spel draagt zo bij aan bewustwording van het belang van informatievaardigheden. Het volledig spelen van het spel duurt 40-80 minuten. Het spel opent met een 'tutorial quest' die de bedoeling en werking van het spel duidelijk maakt.

ReCollection is volledig webbased (HTML5, javascript) en vereist dus geen download of installatie. Het draait in elke moderne browser (Chrome, Firefox 28 of hoger, IEX of hoger), maar op dit moment het meest soepel in Chrome. Het werkt niet in IE8 en IE9. Het spel vereist een schermresolutie van minimaal 960x600 pixels. Het spel kan worden opgeslagen om later verder te kunnen spelen, maar dit gebeurt in het browsergeheugen, waardoor het alleen werkt als je op hetzelfde apparaat verder speelt. Dit werkt niet op publieke computers waarvan het browsergeheugen telkens automatisch wordt gewist bij uitloggen.

Het spel wordt gedeeld onder een GNU public license, met als beperking dat commercieel gebruik niet is toegestaan. Het auteursrecht ligt bij het department Informatica van de Universiteit Utrecht. Niet commercieel gebruik, aanpassing, uitbreiding en verspreiding is toegestaan volgens de voorwaarden van de GNU license en met volledige vermelding van de rechthebbenden.

De universiteitsbibliotheek gaat in 2015 experimenteren met toepassing van het spel. Een interessante toepassing kan zijn het spel te laten spelen en na afloop in een groep te discussiëren over wat de game duidelijk maakt over zorgvuldig zoeken en gebruiken van bronnen. Intussen kan iedereen het uitproberen en kennismaken met de geeky Zenerio, de aangeschoten Mr. Choll, boekenwurm Belia, roddelkous Mrs. Choll, de nukkige tuinman en meer leden van de Secret Society. Maar wat is jou, de speler, toch overkomen?

ReCollection: een serious game over omgaan met bronnen (OUD)

ReCollection-menu   ReCollection

ReCollection is een serious game die door 9 studenten Informatica van de Universiteit Utrecht en 2 studenten van het Creative College van ROC Amersfoort is gemaakt in opdracht van de Universiteitsbibliotheek Utrecht. De ontwikkeling vond plaats in het kader van het Game en Software project uit de bachelor opleiding Informatica van de Universiteit Utrecht. De game is gemaakt in de eerste helft van 2014. Versie 1.0 van de game is beschikbaar sinds 4 juli 2014.

Het spel bestaat uit een aantal quests. Tijdens die quests wordt de speler zich langzaam maar zeker gewaar wat van belang is bij het zoeken van en omgaan met voor wetenschap relevante bronnen. Het spel draagt zo bij aan bewustwording van het belang van informatievaardigheden. Het volledig spelen van het spel duurt 40-80 minuten. Het spel opent met een 'tutorial quest' die de bedoeling en werking van het spel duidelijk maakt.

ReCollection is volledig webbased (HTML5, javascript) en vereist dus geen download of installatie. Het draait in elke moderne browser (Chrome, Firefox 28 of hoger, IEX of hoger), maar op dit moment het meest soepel in Chrome. Het werkt niet in IE8 en IE9. Het spel vereist een schermresolutie van minimaal 960x600 pixels. Het spel kan worden opgeslagen om later verder te kunnen spelen, maar dit gebeurt in het browsergeheugen, waardoor het alleen werkt als je op hetzelfde apparaat verder speelt. Dit werkt niet op publieke computers waarvan het browsergeheugen telkens automatisch wordt gewist bij uitloggen.

Het spel wordt gedeeld onder een GNU public license, met als beperking dat commercieel gebruik niet is toegestaan. Het auteursrecht ligt bij het department Informatica van de Universiteit Utrecht. Niet commercieel gebruik, aanpassing, uitbreiding en verspreiding is toegestaan volgens de voorwaarden van de GNU license en met volledige vermelding van de rechthebbenden.

De universiteitsbibliotheek gaat in 2015 experimenteren met toepassing van het spel. Een interessante toepassing kan zijn het spel te laten spelen en na afloop in een groep te discussiëren over wat de game duidelijk maakt over zorgvuldig zoeken en gebruiken van bronnen. Intussen kan iedereen het uitproberen en kennismaken met de geeky Zenerio, de aangeschoten Mr. Choll, boekenwurm Belia, roddelkous Mrs. Choll, de nukkige tuinman en meer leden van de Secret Society. Maar wat is jou, de speler, toch overkomen?

Waarom en hoe moet je verwijzen naar je bronnen: APA stijl (video onvindbaar)

Wat is plagiaat en hoe kan ik het voorkomen! (video onvindbaar)

Zoekmachines en databases en referenties vastleggen: Personal Library! (VEROUDERD)

TIP
Als het je duizelt van de vele verschillende zoekmachines en databases kun je deze als favoriet vastleggen. Dat kun je heel makkelijk doen met je Personal Library.

Na inloggen met Solis-ID kies je jouw vakgebied met een selectie van relevante databases en tijdschriften.
Je kunt deze persoonlijke bibliotheek zelf verder inrichten met andere bronnen, boeken, artikelen, attenderingen vanuit je eigen bronnen en zoekresultaten binnen de tab Literatuur. Je kunt deze referenties verrijken met samenvattingen en metadata en ook delen als je samenwerkt aan een groepsopdracht.